De taal van recht en vrijheid

Studies over middeleeuws Friesland
Oebele Vries

 25,00

In de middeleeuwen besloeg Friesland een veel groter gebied dan tegenwoordig.Langs een groot deel van de
huidige Nederlandse en Duitse Noordzeekust werd Fries gesproken en geschreven. Middeleeuws Friesland
was echter geen bestuurlijke eenheid, maar eerder een verzameling losse ‘republiekjes’, onderling verbonden door het idee van een Friese ‘vrijheid’. Daarmee vormde dit gebied een uniek geval in middeleeuws West-Europa.

De historicus en oudfrisist Oebele Vries is een van de belangrijkste autoriteiten op het gebied van de Friese
middeleeuwen. Voor dit boek zijn, ter gelegenheid van Vries’ 65ste verjaardag,achttien van zijn artikelen geselecteerd die van blijvende invloed op de Friese historiografie zijn. Deze stukken zijn ingedeeld aan de hand van
wat als hoofdthema’s binnen Vries’ oeuvre gelden: politieke geschiedenis, vetewezen, en recht en de Oudfriese rechtsterminologie van middeleeuws Friesland. Het boek opent met een uitgebreid interview met de auteur.

Fries – Nederlands – Duits

Uitgiftedatum:
25-05-2012
ISBN:
9789056152772
Afmeting:
236x166x42 mm
Gewicht:
1192 gram
Druk:
1
Aantal pagina's:
464
Uitgeverij:
Fryske Akademy
Taal:
Nederlands
Verschijningsvorm:
Hardcover

Gerelateerde boeken

  • Creatief ondernemerschap in de 18e eeuw

    De opmars van een linnenhandelaar
    Annik Adriaenssens
     35,00
  • Tula

    Een beeld van de slavernij
    Lodewijk Dros
     16,90
  • Lentz

    De man achter het persoonsbewijs Een filosofische biografie
    Jurriën Rood
     32,50

    Lentz

    ‘Wij menen dat er geen politieman, geen V-Mann, zelfs geen provocateur is geweest die de Nederlandse zaak zo een onmetelijke schade heeft berokkend als de schepper van het persoonsbewijs, Lentz,’ schreef historicus Loe de Jong. Lentz was hoofd van de Rijksinspectie voor de Bevolkingsregisters en de bedenker van het beruchte persoonsbewijs. Met zijn perfect geordende bevolkingsadministratie was hij de Duitse bezetter erg van dienst.

    Lentz verdedigde zich na de oorlog, net als Eichmann, door te zeggen dat hij deed wat hem werd opgedragen, zonder veel eigen inbreng. Zijn kwaad zou daarmee in de terminologie van Hannah Arendt ‘banaal’ zijn. Dit boek, gebaseerd op nieuw en uitgebreid onderzoek in weinig geraadpleegde archieven, prikt de mythe van het banale kwaad definitief door. Lentz liet zijn dataverzameling bewust uitgroeien tot een instrument van het kwaad en verrijkte zich en passant.

    Het verhaal van een Nederlandse Eichmann.

    Jurriën Rood is filosoof en filmmaker. Zijn praktisch-filosofische boek Wat is er mis met gezag? haalde de shortlist van de Socratesprijs; zijn tweede boek De kwestie Pegida bereikte de longlist. Ook schreef hij Filosofie van de jamsessie.

     32,50
  • Prinsentuin Leeuwarden

    Van stadhouderlijke lusthof naar stadswandelpark
    Els van der Laan – Meijer, Willemieke Ottens
     17,90

    Prinsentuin Leeuwarden

    In de monumentale stadskern van Leeuwarden ligt de Prinsentuin, een van de groene parels die de Friese hoofdstad rijk is. Halverwege de zeventiende eeuw werd de tuin als lusthof aangelegd door Stadhouder Willem Frederik van Nassau. Deze lusthof kennen we nu als de Prinsentuin en bevat een schat aan bijzondere verhalen uit verschillende perioden in de geschiedenis van de stad.
    Nadat in 1819 koning Willem I de hoftuin teruggaf aan de bewoners van de stad, schreef het stadsbestuur een opdracht uit tot herinrichting. Deze opdracht hield verband met de ontmanteling van het bolwerk. Daarmee was Leeuwarden een van de eerste steden in Nederland die een openbaar stadswandelpark op de vestingwerken liet aanleggen. Stadsarchitect Gerrit van der Wielen (1767-1858) en ‘architect van buitengoederen’ Lucas Pieters Roodbaard (1782-1851) werkten circa vijfentwintig jaar aan de transformatie van de stad. Naast de Prinsentuin ontwierp Roodbaard een aaneengesloten groenstructuur op het bolwerk, waarin de wandeling centraal stond. Zijn collectie ontwerptekeningen geeft een prachtige inzage in de gefaseerde aanleg vanaf 1821 tot ongeveer 1846.
    Nu, tweehonderd jaar nadat werd aangevangen met de omvorming van de Prinsentuin tot openbaar stadswandelpark, heeft het monumentale groen een nieuwe betekenis gekregen. Het park herbergt het verhaal van het verleden, maar het vraagt tegelijkertijd om een toekomstbestendige visie.

     17,90